Mythes over Covid-19-vaccins

white and green ballpoint pen on brown wooden round table

Van alle medische doorbraken sinds de middeleeuwen zijn er maar weinig die aan zoveel middeleeuwse mythes, fabels, controverse en heksenjachten bloot staan als de vaccins. Nu de wereld een pandemie bestrijdt met vaccinaties als belangrijkste wapen is het dringender dan ooit om de mythes rondom vaccinaties bloot te leggen.

Wetenschappers hebben onvermoeibaar gewerkt om veilige en effectieve vaccins te maken om ons tegen SARS-CoV-2 te beschermen. Nu veel regeringen beginnen te prikken met COVID-19 vaccins staan wetenschappers en medische deskundigen voor een nieuwe uitdaging: verkeerde informatie en de daarmee gepaard gaande aarzeling om te vaccineren.

Aarzeling voelen voor vaccinatie is is niets nieuws en in veel opzichten een volkomen redelijk standpunt. Er staat veel verkeerde informatie over de veiligheid van de vaccins en de mogelijke effecten op het lichaam wijdverbreid op het internet. Ook zijn de COVID-19 vaccins ongewoon snel ontwikkeld en gebruiken ze relatief nieuwe technologie.

Maar door deze aarzeling is een groot gedeelte van de wereldbevolking zenuwachtig om een potentieel levensreddend vaccin te nemen. Daarom is het belangrijk om de mythes te ontkrachten. Dit zijn een paar van de meest voorkomende mythes aan die met de COVID-19 vaccins in verband worden gebracht:

1: De vaccins zijn niet veilig, omdat ze zo snel ontwikkeld zijn

De COVID-19 vaccins zijn sneller ontwikkeld dan enig ander vaccin tot nu toe, in minder dan 1 jaar. Het vorige record staat op naam van het bofvaccin, dat in 4 jaar ontwikkeld werd. Er zijn een aantal redenen waarom de COVID-19 vaccins sneller ontwikkeld werden en geen ervan is van invloed op de veiligheid:

  • De technologie is sinds de jaren 1980 vooruit gegaan
  • Het identificeren van het virus ging sneller en we hadden al ervaring met soortgelijke ziekteverwekkers. Hoewel SARS-CoV-2 nieuw was voor de wetenschap, bestuderen onderzoekers al tientallen jaren coronavirussen.
  • Elke regering op aarde had er belang bij. COVID-19 had invloed op elk continent op aarde waardoor er bij de ontwikkeling van het vaccin een ongekende wereldwijde samenwerking was.
  • Er waren weinig financiële beperkingen. Hoewel veel wetenschappelijke ondernemingen financieringsmoeilijkheden hebben ontvingen de COVID-19 onderzoekers financiering van een grote verscheidenheid aan sponsors.
  • De ontwikkeling van vaccins wordt vaak vertraagd door het werven van vrijwillige proefpersonen. In het geval van COVID-19 was er geen tekort aan mensen die wilden helpen.
  • Klinische proeven worden onder normale omstandigheden opeenvolgend uitgevoerd. In dit geval konden de wetenschappers sommige proeven tegelijk uitvoeren, wat veel tijd bespaarde.

Deze factoren betekenden dat het vaccin snel ontwikkeld kon worden zonder de veiligheid in gevaar te brengen.

2: Het vaccin zal mijn DNA veranderen

Sommige COVID-19 vaccins, waaronder de vaccins van Pfizer-BioNTech en Moderna, zijn gebaseerd op messenger-RNA- (mRNA-) technologie. Deze vaccins werken anders dan de klassieke soorten vaccins. Klassieke vaccins brengen een geïnactiveerde ziekteverwekker of een deel van een ziekteverwekker bij het lichaam in om het te “leren” hoe het een immuunrespons moet produceren.

Een mRNA-vaccin levert de instructies voor het maken van het eiwit van een ziekteverwekker aan onze cellen. Zodra het eiwit gemaakt is, reageert het immuunsysteem erop, waardoor het leert om te reageren op toekomstige aanvallen van dezelfde ziekteverwekker.

Het mRNA blijft niet in het lichaam rondhangen, en het wordt niet in ons DNA geïntegreerd. Als het de instructies gegeven heeft, breekt de cel het af. In feite bereikt het mRNA niet eens de celkern, waar ons DNA huist. (bron)

Lees ook: Hoe werken mRNA-vaccins zoals Pfizer en Moderna?

3: Van COVID-19 vaccins kun je COVID-19 krijgen

COVID-19 vaccins kunnen je geen COVID-19 geven. Geen enkel vaccin bevat het levende virus. Eventuele bijwerkingen, zoals hoofdpijn of rillingen, zijn het gevolg van de immuunreactie en niet van een infectie.

4: Het vaccin bevat een microchip

Uit een opiniepeiling die vorig jaar in de V.S. werd gehouden bleek dat 28% van de ondervraagden geloofde dat de COVID-19 vaccinaties worden gebruikt om microchips in de bevolking te implanteren. (bron) Volgens sommigen zal deze microchip de ‘elite’ in staat stellen hun bewegingen te volgen. In werkelijkheid vervullen onze mobiele telefoons die taak al.

Er is geen bewijs dat een van de COVID-19 vaccins een microchip bevat. Hoewel de bijzonderheden variëren van complottheorie tot complottheorie geloven sommigen dat het vaccin radiofrequente identificatietags bevat. Deze bestaan uit een radiotransponder, een radio-ontvanger, en een zender. Het is niet mogelijk deze componenten te verkleinen tot een formaat dat klein genoeg is om door een naald te passen.

5: COVID-19 vaccins kunnen je onvruchtbaar maken

Er is geen bewijs dat de COVID-19 vaccins je vruchtbaarheid beïnvloeden. Er is ook geen bewijs dat het vaccin toekomstige zwangerschappen in gevaar brengt.

Het gerucht schijnt begonnen te zijn met dank aan Dr. Wolfgang Wodarg. In december vorig jaar diende hij bij het Europees Geneesmiddelenbureau een verzoekschrift in om de proeven met het COVID-19 vaccin in de Europese Unie te stoppen. (bron) Een van zijn zorgen was de hierboven genoemde “kwestie” van syncytin-1. Dr. Wodarg heeft een geschiedenis van scepsis tegenover vaccins (bron) en heeft de ernst van de COVID-19 pandemie gebagatelliseerd. (bron)

Dit gerucht ontstond vanwege een verband tussen het spike-eiwit dat door de mRNA-gebaseerde vaccins gecodeerd wordt en een eiwit dat syncytin-1 heet. Syncytin-1 is van vitaal belang voor de placenta om tijdens de zwangerschap aan de baarmoeder vast te blijven zitten. Maar hoewel het spike-eiwit wel een paar aminozuren gemeen heeft met syncytin-1, lijken ze lang niet genoeg op elkaar om het immuunsysteem in verwarring te brengen.

6: COVID-19 vaccins bevatten foetaal weefsel

In de loop der jaren hebben anti-vaxxers geruchten verspreid dat vaccins foetaal weefsel bevatten. Noch de COVID-19 vaccins, noch andere vaccins bevatten weefsel van foetussen. Zoals Dr. Michael Head, een senior research fellow aan de Universiteit van Southampton in het Verenigd Koninkrijk, aan de BBC vertelde, “Er worden geen foetale cellen gebruikt in welk productieproces van vaccins dan ook.” (bron)

7: Mensen die COVID-19 hebben gehad hebben het vaccin niet nodig

Ook mensen die positief getest zijn op SARS-CoV-2 moeten gevaccineerd worden. Zoals de Centers for Disease Control and Prevention (CDC) schrijven:”Vanwege de ernstige gezondheidsrisico’s van COVID-19 en het feit dat herinfectie met COVID-19 mogelijk is, moet je [een] vaccin aangeboden worden, ongeacht of je al eerder [een SARS-CoV-2] infectie had.” (bron)

Er is ook een kans dat de eerste test een vals-positief was, met andere woorden, de test was positief, maar er was geen virale infectie. Ook daarom is het beter om het zekere voor het onzekere te nemen.

8: Na ontvangst van het vaccin kun je het virus niet meer overdragen

COVID-19 vaccins zijn er om te voorkomen dat mensen ziek worden van een SARS-CoV-2 infectie. Iemand die gevaccineerd is kan wel nog steeds het virus bij zich dragen, wat betekent dat hij het ook zou kunnen overdragen. Wetenschappers weten nog niet weten of de vaccins infectie ook voorkomen, dus iemand die gevaccineerd is moet nog steeds in het openbaar een mondkapje blijven dragen, zijn of haar handen wassen, en fysieke afstand houden. (bron)

9: Als ik gevaccineerd ben, kan ik weer een normaal leven leiden

Vanwege voorgaande redenen is dit helaas niet waar.

10: Het vaccin beschermt levenslang tegen COVID-19

Wetenschappers hebben het virus nog maar ongeveer 1 jaar kunnen bestuderen en weten dus nog niet hoe lang de immuniteit zal aanhouden. Het kan zijn dat we een jaarlijkse COVID-19-prik nodig zullen hebben, net zoals de griepprik.

De WHO zegt hierover: “Het is nog te vroeg om te weten of COVID-19 vaccins langdurige bescherming zullen bieden. […] Het is echter bemoedigend dat de beschikbare gegevens erop wijzen dat de meeste mensen die herstellen van COVID-19 een immuunrespons ontwikkelen die tenminste enige tijd bescherming biedt tegen herinfectie – hoewel we nog leren hoe sterk deze bescherming is en hoe lang ze duurt.” (bron)

11: Het vaccin is gevaarlijk voor mensen met bestaande aandoeningen

Omdat reeds bestaande aandoeningen, zoals zwaarlijvigheid en hartziekten, het risico op het ontstaan van ernstiger COVID-19 symptomen kunnen verhogen, is gevaccineerd worden zelfs nog belangrijker voor mensen met reeds bestaande gezondheidsproblemen.

Mensen met bestaande aandoeningen, waaronder hartziekten, diabetes, en longziekten, kunnen veilig een COVID-19 vaccin nemen. Als je je zorgen maakt is het altijd raadzaam met een arts te spreken.

Personen die allergisch zijn voor een van de bestanddelen van het vaccin mogen de prik niet krijgen. Iedereen die in het verleden een allergische reactie op een vaccin heeft gehad, moet eerst met zijn arts overleggen.

12: Het vaccin is gevaarlijk voor mensen met problemen met hun immuunsysteem

Omdat het vaccin geen levende ziekteverwekker bevat, zal het geen infectie veroorzaken. Daarom kunnen personen met een gecompromitteerd immuunsysteem het vaccin toch innemen. Het is echter mogelijk dat ze niet in dezelfde mate immuunbescherming opbouwen als iemand met een volledig functionerend immuunsysteem.

“Immuungecompromitteerde personen kunnen [een] COVID-19 vaccinatie krijgen als ze geen contra-indicaties voor vaccinatie hebben. Zij moeten echter geadviseerd worden over het onbekende veiligheidsprofiel en de werkzaamheid van het vaccin bij immuungecompromitteerde populaties.” (bron)

13: Het vaccin is gevaarlijk voor oudere volwassenen

In Noorwegen stierven 23 kwetsbare oudere volwassenen kort nadat ze het vaccin van Pfizer-BioNTech hadden gekregen. Het Noorse Geneesmiddelenbureau (NOMA) onderzoekt momenteel de situatie. Steinar Madsen, een medisch directeur bij het NOMA, meent dat gewone bijwerkingen, zoals koorts, misselijkheid en diarree, “onderliggende ziekten bij ouderen kunnen verergeren”.

Madsen verklaarde ook dat “dit zeer zeldzame voorvallen zijn, en ze deden zich voor bij zeer broze patiënten met zeer ernstige ziekte.” Hij voegde er verder aan toe, “We vragen nu aan artsen om door te gaan met de vaccinatie, maar extra evaluatie uit te voeren van zeer zieke mensen van wie de onderliggende aandoening erdoor verergerd zou kunnen worden.” (bron)

Momenteel wordt in de meeste landen juist voorrang gegeven aan oudere volwassenen bij vaccinatie, omdat zij het meeste risico lopen op ernstige ziekte. Sommige van de klinische proeven hadden specifieke subgroepen waarin oudere volwassenen waren opgenomen om de veiligheid van het vaccin bij deze populatie te controleren.

Scroll naar boven