Secundaire onvruchtbaarheid

secundaire onvruchtbaarheid

Wat is secundaire kinderloosheid?

Secundaire kinderloosheid betekent dat je al één of meerdere kinderen hebt, maar daarnaast je kinderwens voor nog een kindje om welke reden ook onvervuld blijft. Bijvoorbeeld omdat zwanger worden niet meer mogelijk is of een zwangerschap te risicovol is voor jou en je kind. Maar ook omdat jij nog wel een kinderwens hebt maar je partner niet meer.

Wat is secundaire onvruchtbaarheid?

Als je al minstens één kind hebt en probeert weer zwanger te worden, maar niet zwanger wordt na minstens één jaar proberen wordt dit officieel secundaire onvruchtbaarheid genoemd. Stellen die kampen met secundaire onvruchtbaarheid zoeken minder snel hulp en hun gevoelens worden vaker door de omgeving miskent: ze hebben tenslotte al kinderen.

De waarheid is dat het niet uitmaakt of je worstelt om zwanger te worden van de eerste, tweede of vijfde kind, er komt angst en verdriet bij die worsteling kijken. Je hebt namelijk een beeld van hoe je dacht dat je familie zou zijn. Je kind vraagt misschien om een broer of zus. En de medische oorzaken van secundaire onvruchtbaarheid zijn niet minder moeilijk te behandelen en te diagnosticeren dan primaire onvruchtbaarheid.

Veel mensen gaan ervan uit dat primaire onvruchtbaarheid, geen kinderen hebben en niet zwanger kunnen worden, vaker voorkomt dan secundaire onvruchtbaarheid. Volgens een in 2018 gepubliceerd overzicht is secundaire onvruchtbaarheid echter de meest voorkomende vorm van vrouwelijke onvruchtbaarheid. (bron)

Als je op zoek gaat bent een oplossing voor je vruchtbaarheidsproblemen, kan het zijn dat je vrienden en familie je beslissingen niet begrijpen of niet goedkeuren. Ze kunnen zich afvragen waarom je het “zo hard probeert”. Het gebeurde de vorige keer, het zal dus weer goedkomen.

Deze vrienden en familie hebben het mis. De behoefte aan behandeling bij secundaire onvruchtbaarheid is hetzelfde als bij iemand met primaire onvruchtbaarheid. Het is geen extreme maatregel om medische behandelingen te gebruiken die je kunnen helpen om het kind te krijgen dat je wenst.

Oorzaken secundaire onvruchtbaarheid

Secundaire onvruchtbaarheid wordt veroorzaakt door dezelfde problemen die leiden tot primaire onvruchtbaarheid.

Die oorzaken zijn onder andere:

  • Mannelijke onvruchtbaarheid als gevolg van een laag of afwezig aantal zaadcellen, problemen met de vorm van het sperma (ook bekend als spermamorfologie), of problemen met de beweging van het sperma (ook bekend als spermamotiliteit).
  • Problemen met de ovulatie, of het nu gaat om een onregelmatige ovulatie of een anovulatie
  • Geblokkeerde eileiders
  • Endometriose
  • Fibroide
  • Terugkerende miskraam
  • Immunologische kwesties (problemen met natuurlijke killercellen of antisperma-antilichamen)
  • Vijandig baarmoederhalsslijm
  • Problemen met het baarmoederslijmvlies
  • Verklevingen of littekens in de baarmoeder
  • Onverklaard

Ongeveer een derde van de onvruchtbaarheidsgevallen heeft betrekking op mannelijke onvruchtbaarheid, nog een derde op vrouwelijke onvruchtbaarheid en nog een derde op problemen bij zowel de man als de vrouw of blijft onverklaard.

Risicofactoren secundaire onvruchtbaarheid

Secundaire onvruchtbaarheid kan verschillende oorzaken hebben:

  • Je bent ouder: als je je eerste kind had op je 35e, en je probeert het nog een keer op je 38e, dan is je vruchtbaarheid op natuurlijke wijze sterk afgenomen. Leeftijd is een belangrijke oorzaak van secundaire onvruchtbaarheid.
  • Je bent met een nieuwe partner: het kan zijn dat je nieuwe partner een vruchtbaarheidsprobleem heeft. Maar het is ook mogelijk dat een partner met kinderen uit een eerdere relatie een vruchtbaarheidsprobleem heeft ontwikkeld. Beide situaties kunnen zich voordoen.
  • Een onderliggend vruchtbaarheidsprobleem is verergerd: het is mogelijk dat je altijd endometriose hebt gehad, of dat je altijd subklinische PCOS hebt gehad. Misschien waren je eierstokreserves al aan het dalen, maar had je geen idee.
  • Je bent aangekomen: vruchtbaarheid wordt beïnvloed door het gewicht. Over- of ondergewicht kan bij vrouwen ovulatieproblemen veroorzaken en mogelijk de gezondheid van het sperma beïnvloeden bij mannen. Nieuwe ouders komen vaak aan, deels door de zwangerschap, deels door de stress en het gebrek aan slaap.
  • Je hebt een nieuw gezondheidsprobleem: misschien heb jij of heeft je partner diabetes ontwikkeld. Misschien neemt hij medicijnen tegen hoge bloeddruk. Of misschien heb je last van een depressie. Elk van deze ziekten kan invloed hebben op je vruchtbaarheid of er wordt medicatie bij gebruikt die invloed kan hebben op je vruchtbaarheid.
  • De laatste zwangerschap of geboorte veroorzaakte een vruchtbaarheidsprobleem: Bekkeninfecties kunnen leiden tot baarmoederklevingen of verstopte eileiders. Als je een keizersnede hebt gehad, kun je littekenweefsel ontwikkelen, wat invloed kan hebben op je vruchtbaarheid.
  • Er is geen duidelijke reden waarom het deze keer anders is: vaak kan niemand je vertellen waarom je specifieke vruchtbaarheidsprobleem je de vorige keer niet heeft belet om zwanger te worden. Er is veel over vruchtbaarheid dat we niet begrijpen. Niemand heeft alle antwoorden.

Wanneer je hulp moet zoeken

Als je jonger bent dan 35 jaar moet je hulp zoeken als je na een jaar niet zwanger bent. Als je 35 jaar of ouder bent moet je na zes maanden hulp zoeken. Ook moet je ongeacht hoe oud je bent na twee opeenvolgende miskramen hulp zoeken.

Sommige stellen vinden dat ze het moeten blijven proberen, zelfs als het jaar is verstreken. De vorige keer lukte het immers ook, dus moet proberen dit keer ook helpen is de redenatie. Helaas is dat misschien niet het geval. Dus stel het zoeken van hulp alsjeblieft niet uit. Sommige oorzaken van onvruchtbaarheid verergeren met de tijd. Het uitstellen van hulp kan de kans op zwangerschap verkleinen.

Het feit dat je in het verleden zwanger bent geraakt, garandeert niet dat je zelf weer zwanger wordt. Helaas zijn er geen vruchtbaarheidsgaranties voor wie dan ook.

Behandeling

Het testen op secundaire onvruchtbaarheid gaat hetzelfde als het testen op primaire onvruchtbaarheid. Zowel de man als de vrouw moeten worden gecontroleerd.

Misschien ben je met een nieuwe partner, en heeft één van jullie een kind gekregen en de andere niet. Heeft de “bewezen vruchtbare” partner echt een vruchtbaarheidstest nodig? Het antwoord is ja. Al een kind hebben betekent niet dat je nu vruchtbaar bent.

Behandelingen voor secundaire onvruchtbaarheid zijn dezelfde als voor primaire onvruchtbaarheid. De behandelingen kunnen bestaan uit:

  • Vruchtbaarheidsmedicijnen, vaak beginnend met het meest voorgeschreven vruchtbaarheidsmedicijn Clomid
  • Injecteerbare vruchtbaarheidsmedicijnen, bekend als gonadotropen
  • IUI
  • IVF, soms in combinatie met andere geassisteerde voortplantingsopties
  • Chirurgie, meestal laparoscopische chirurgie, om verstopte eileiders te repareren, of om fibroïden of endometrioseafzettingen te verwijderen.

Bronnen

Scroll naar boven