Aseksueel

Aseksueel verwijst naar een seksuele oriëntatie waarbij iemand weinig tot geen seksuele aantrekking ervaart. Het gaat om de afwezigheid van seksuele aantrekking en niet noodzakelijk om het vermijden van seks. Aseksualiteit kan in verschillende gradaties voorkomen; sommige aseksuele personen hebben helemaal geen interesse in seks, terwijl anderen misschien wel seksuele aantrekkingskracht ervaren in specifieke omstandigheden of situaties.

Priya realiseerde zich in haar tienerjaren dat ze anders dacht over relaties dan haar vrienden. Terwijl klasgenoten elkaar met blikken van interesse observeerden en gepassioneerd spraken over wie ze aantrekkelijk vonden, voelde Priya niets van dat alles. Ze genoot van vriendschappen en diepe emotionele verbindingen, maar ze begreep nooit waarom mensen zo’n nadruk legden op seksuele aantrekkingskracht. Toen ze op een forum over gender en seksualiteit de term aseksueel tegenkwam, klikte er iets. “Dit ben ik,” dacht ze opgelucht. Priya vertelde een goede vriend over haar ontdekking en legde uit: “Ik voel geen seksuele aantrekking, maar dat betekent niet dat ik geen liefde kan voelen.” Haar vriend luisterde aandachtig en antwoordde: “Dat maakt je niet minder of anders. Het maakt je gewoon Priya.” Door deze erkenning voelde Priya zich vrijer en minder onzeker over haar plek in de wereld. Ze wist nu dat haar ervaringen valide waren en dat ze niet alleen was. Dit gaf haar het vertrouwen om haar grenzen te stellen en relaties aan te gaan die bij haar pasten, gebaseerd op begrip en respect. Door openlijk over haar aseksualiteit te praten, inspireerde ze anderen om ook hun eigen gevoelens en ervaringen te onderzoeken zonder angst voor oordeel.

Aseksualiteit betekent niet dat iemand geen emotionele of intieme relaties kan hebben; veel aseksuele mensen genieten van diepe connecties en kunnen op andere manieren liefde en intimiteit ervaren. Sommige aseksuele mensen kunnen zich romantisch aangetrokken voelen tot anderen (bijvoorbeeld heteroromantisch, homoromantisch of aromantisch), terwijl anderen misschien helemaal geen romantische gevoelens ervaren.

Wat is aseksualiteit?

Aseksualiteit of ace is een seksuele oriëntatie die wordt gedefinieerd als het niet ervaren van seksuele aantrekkingskracht, het ervaren van weinig of geen seksuele aantrekkingskracht naar anderen of gebrek aan interesse in seksuele relaties. Seksuele aantrekking wordt gedefinieerd als het verlangen om seks te hebben met, of anderszins seksuele handelingen te verrichten met, een andere specifieke persoon.

Aseksuele ervaringen kunnen ook inhouden:

  • geen zin hebben in seks,
  • geen interesse hebben in seks,
  • geen libido,
  • een afkeer hebben van seks.

Voor niet-aseksuele mensen (alloseksuelen) is seksuele aantrekking onvrijwillig, en komt zelfs voor wanneer iemand de ander niet kent, hoewel men er misschien niet naar handelt. Aseksuele mensen hebben geen aangeboren verlangen om seks te hebben met iemand. Zij kunnen zich ook afgesloten voelen van het idee van seks.

Volgens het Britse National Survey of Sexual Attitudes and Lifestyles (1994) is ongeveer 1% van de bevolking aseksueel; de zichtbaarheid van aseksualiteit schiet echter niet in dezelfde mate op als die van andere seksuele oriëntaties.

Seksuele oriëntatie is niet gekoppeld aan genderidentiteit en iedereen van elk gender kan aseksueel zijn.

Aseksualiteit versus celibatair zijn

Het is belangrijk om het verschil op te merken tussen aseksualiteit en celibaat/abstinentie. Mensen die abstinent of celibatair zijn, zijn niet noodzakelijk aseksueel; zij kunnen nog steeds seksuele aantrekking ervaren, maar zij kiezen ervoor om er niet naar te handelen om morele of religieuze redenen.

Aseksuelen ervaren geen seksuele aantrekking, en zij kunnen al dan niet deelnemen aan seksuele activiteiten. Hoewel sommige aseksuelen geen seks hebben, zijn er ook veel aseksuelen die wel aan seksuele activiteiten deelnemen of een seksuele relatie hebben. Dit kan om vele redenen zijn, zoals:

  • hun eigen plezier,
  • het plezier van een partner,
  • om kinderen te krijgen.

Sommige aseksuelen kunnen nog steeds zin in seks hebben, ondanks het feit dat ze zich tot niemand aangetrokken voelen. Zij kunnen nog steeds masturberen, naar porno kijken, of deelnemen aan seksuele activiteiten.

Andere aseksuelen hebben geen zin in seks, en sommigen hebben een afkeer van het concept seks. Termen als seks-afstotend, seks-onverschillig, seks-gunstig, of seks-ambivalent worden vaak gebruikt om deze gevoelens te beschrijven.

Aseksualiteit versus aromantisch zijn

Veel mensen op het aseksuele spectrum maken gebruik van het gesplitst aantrekkingsmodel. In tegenstelling tot andere seksuele oriëntaties is het minder gebruikelijk om de term aseksueel te gebruiken als overkoepelende term voor zowel seksuele als romantische voorkeur. Dit komt omdat voor veel aseksuelen hun seksuele en romantische oriëntatie niet op één lijn staan, ze zijn varigeoriënteerd.

Aseksueel zijn betekent dus niet dat iemand geen romantische aantrekkingskracht kan ervaren. Een aseksueel persoon kan elke romantische oriëntatie hebben. Ze gebruiken vaak voorvoegsels als hetero-, homo-, bi-, pan-, voor het woord romantisch om te beschrijven tot wie ze zich romantisch aangetrokken voelen.

Iemand die aseksueel heteroromantisch is, voelt zich bijvoorbeeld romantisch aangetrokken tot mensen van een ander gender, maar is niet seksueel tot hen aangetrokken. Sommige aseksuelen zijn ook aromantisch, wat betekent dat zij zich ook niet romantisch aangetrokken voelen.

Mensen die zowel aseksueel als aromantisch zijn, kunnen zich identificeren als aroace. Mensen die op het aromenatische spectrum en/of het aseksuele spectrum vallen worden ook wel eens a-spec genoemd.

Wat is het aseksuele spectrum?

Aseksueel kan ook gebruikt worden als een overkoepelende term, verwijzend naar iedereen in het aseksuele spectrum, een spectrum dat loopt van mensen die geen seksuele aantrekkingskracht of verlangen naar seks hebben, tot mensen die lage niveaus hebben of seksuele aantrekkingskracht slechts onder bepaalde voorwaarden ervaren. Mensen op het aseksuele spectrum worden ook vaak aces genoemd.

Identiteiten op het aseksuele spectrum zijn onder andere:

  • Grijs-(a)seksueel: iemand die ergens in het midden valt tussen aseksueel en seksueel. Kan seksuele gevoelens ervaren, maar alleen onder bepaalde voorwaarden.
  • Demiseksueel: Iemand die pas seksuele gevoelens bij een andere persoon ervaart nadat ze een emotionele band hebben gevormd.
  • Reciseksueel: Iemand die alleen een seksuele aantrekking ervaart als ze weten dat de ander dat ook voelt. Lithroseksueel of akoiseksueel: Iemand die seksuele gevoelens kan hebben voor andere mensen, maar niet wenst dat die gevoelens wederzijds zijn. Als die gevoelens wederkerig zijn, vervaagt de aantrekkingskracht.
  • Aceflux: iemand wiens seksuele aantrekkingskracht fluctueert

Aro-spec mensen kunnen elke seksuele oriëntatie hebben, inclusief aromantisch. Samen met aros vormen ze het a-spec.

Geschiedenis

  • Een van de eerste (indirecte) verwijzingen naar aseksualiteit was in 1896 door de arts Magnus Hirschfeld in zijn boek “Sappho und Sokrates” waar hij zegt “Er zijn individuen die zonder enig seksueel verlangen zijn (‘Anästhesia sexualis’).”
  • In 1948 en 1953 voegde dr. Alfred Kinsey een categorie “X” toegevoegd aan de Kinseyschaal, die degenen aangeeft met “geen sociaal-seksuele contacten of reacties.”
  • In een studie gepubliceerd in 1983, onderzocht Paula Nurius de relatie tussen geestelijke gezondheid en seksuele geaardheid. De studie richtte zich op heteroseksualiteit en homoseksualiteit, maar had ook opties voor biseksueel en aseksueel.

De hedendaagse aseksuele gemeenschap is ontstaan toen het internet kleine, geografisch verspreide bevolkingsgroepen in staat stelde met elkaar in contact te komen.

  • De vroegste aseksuele proto-gemeenschap vormde zich in de commentaren op een artikel uit 1997 van Zoe O’Reilly en gepubliceerd door StarNet Dispatches, getiteld “My Life as a Human Amoeba”.
  • Op 12 oktober 2000 werd de Yahoo e-mailgroep “Haven for the Human Amoeba (HHA)” opgericht.
  • Het jaar daarop richtte David Jay het Asexual Visibility and Education Network (AVEN) op.
  • Op LiveJournal werd in 2002 de Asexuality-gemeenschap opgericht.

In de loop der jaren is aseksualiteit op verschillende manieren gedefinieerd door verschillende mensen. Een van de meest populaire definities benadrukt seksuele aantrekkingskracht, maar er zijn ook definities die de nadruk leggen op een gebrek aan geslachtsdrift of seksueel verlangen.

Aseksualiteit in de psychiatrie

Zowel de DSM-5 en ICD-10 definiëren een laag seksueel verlangen als een stoornis. De diagnose heeft verschillende naamsveranderingen ondergaan, de huidige namen zijn:

    DSM-5: Vrouwelijke seksuele interesse/arousal stoornis (criteria sluiten personen uit die zichzelf identificeren als aseksueel) DSM-5: Mannelijke hypoactieve seksuele begeerte stoornis (criteria sluiten personen uit die zichzelf identificeren als aseksueel) ICD-10 : Hypoactief seksueel verlangen stoornis (HSDD)

Vlag

Aseksueel

Source: http://www.asexualityarchive.com/the-asexuality-flag/

 Creator: standup | Hexadecimals: #000000, #959595, #FFFFF, #660066 | Colors: Black, Suva Grey, White, Purple | Hues: Black, Grey, White, Violet

Bronnen


Waarom word je steeds verliefd op hetzelfde type?

Lees het in het artikel Lovemaps: de verborgen blauwdruk van onze liefde.


Boekentip:

Een toekomst zonder vroeger (Sammie Wolf)

Sammie is begin twintig en worstelt met de gevolgen van onveilige hechting en emotionele verwaarlozing. Het ontbreken van een emotioneel veilige basis in haar jeugd sijpelt door in haar volwassen leven. Niet zozeer wat er vroeger gebeurde, maar vooral wat er ontbrak: troost, steun, betrouwbaarheid, zorgzaamheid, veiligheid. In de openhartige verhalen in Een toekomst zonder vroeger deelt Sammie hoe een onveilige hechting en emotionele verwaarlozing voor haar voelen, en hoe ze zichzelf steeds beter leert begrijpen.